Op 2 juni 2025 heeft Bovag met de vakbonden FNV, CNV en De Unie een onderhandelingsresultaat bereikt over een nieuwe CAO Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf.
De CAO krijgt een looptijd van 33 maanden, van 1 februari 2025 tot en met 31 oktober 2027.
De feitelijke salarissen en de salarisschalen worden structureel verhoogd met vijf verhogingen, te weten:
2,2 procent per 1 juni 2025,
1,3 procent per 1 oktober 2025,
128 euro per 1 februari 2026,
2,5 procent per 1 januari 2027 en
1,3 procent per 1 mei 2027.
Vrijwillige en onverplichte loonsverhogingen die vooruitlopend op dit onderhandelingsresultaat collectief zijn toegekend vanaf 1 februari 2025 mogen door werkgevers met de komende CAO-verhogingen uit dit onderhandelingsresultaat worden verrekend.
Werkgevers, uit de sectoren (gemotoriseerde) tweewielers, caravan en camper, verhuur- en deelauto-, aanhangwagens, motorenrevisie en takel- en bergingsbedrijven hebben de mogelijkheid om zonder onderscheid te maken in functies maximaal 2 extra verlofdagen te bieden, waarvoor per verlofdag 0,4 procent van het betreffende bruto jaarloon ingehouden mag worden. Dit is een incidentele regeling en wordt gezien als een tijdelijke dispensatie voor de looptijd van de CAO op de loontabel. Daarbij geldt dat het toekennen van 1 verlofdag per jaar in plaats van een deel van de CAO-loonsverhoging onvoorwaardelijk kan worden doorgevoerd.
Indien de werkgever ervoor kiest om loon voor de maximale 2 verlofdagen in te houden, dan geldt dat de werkgever daar dispensatie voor moet aanvragen bij de Bedrijfsraad op grond van de bedrijfseconomische situatie.
Overwerk wordt niet langer verplicht onder de nieuwe CAO, behoudens uitzonderingsgevallen, waaronder voor de takel- en bergingssector of voor bedrijven die deze werkzaamheden verrichten, en voor calamiteiten.
Voor jongeren in BBL geldt dat vanaf aanvang van het studiejaar 2025/2026 niet alleen op niveau 2 de scholingsdag doorbetaald moet worden, maar dit ook gaat gelden voor de andere niveaus.
Voor jongeren in BOL wordt in het voorwoord opgenomen dat CAO-partijen adviseren om BOL-studenten een passende vergoeding te betalen voor stage.
Voor jongeren wordt ook onderzocht of de trainingen ‘Leermeester worden’ en ‘Leermeester zijn’ volledig gesubsidieerd kunnen worden.
Voorts is afgesproken de RVU-regeling onder de huidige condities voort te zetten tot 1 januari 2026. Vanaf 1 januari 2026 wordt de RVU-regeling voortgezet als Zwaar-werk-regeling, conform de landelijke richtlijnen, waarvoor een nieuw Sociaal Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf wordt opgesteld.
Op basis van het Toetsingskader AVV en de Wet op het AVV is de termijn voor algemeen verbindend verklaren voor de arbeidsvoorwaarden CAO maximaal 2 jaar. CAO-partijen spreken daarom af dat tussentijds een nieuwe aanvraag voor AVV zal worden voorbereid en ingediend voor de resterende looptijd.
CAO-partijen leggen het bereikte akkoord voor aan hun leden. Zodra de achterban heeft ingestemd is de nieuwe CAO definitief.